regels

hier zie je 10 basis regels:


  1. De spelers mogen rennen met de bal in de handen. Schijnbewegingen en snelheid zijn je wapens
  2. De bal mag alleen naar achteren worden gegooid. De ovale vorm vereist de juiste pass-techniek.
  3. De speler met de bal mag getackeld worden. Dat mag overigens alleen met de armen.
  4. Lichte overtredingen zoals het naar voren laten vallen of gooien van de bal, worden bestraft met een scrum. In de scrum staan 8 voorwaartsen in een bepaalde positie. De twee groepen van 8 strijden om de bal die in het midden van de scrum wordt gegooid.
  5. Als de bal uit gaat, wordt een line-out geformeerd. De bal wordt dan tussen twee rijen spelers in het midden gegooid.
  6. Zware overtredingen, zoals het praten tegen de scheidsrechter of buitenspel worden bestraft met een penalty. Bij een penalty moet de tegenstander op 10 meter afstand gaan staan. Je mag ook een poging wagen om de bal tussen de palen te schieten en zo 3 punten te behalen.
  7. Buitenspel: als je achter de bal blijft, sta je over het algemeen niet buitenspel.
  8. Het is de bedoeling dat je SAMEN vecht voor de bal. Laat nooit iemand alleen gaan.
  9. Je mag de bal schoppen. Soms is dat handig als je onder druk staat dichtbij je eigen try-line. Maar uiteraard leidt dit meestal tot balverlies.
  10. Behandel de tegenstander en de scheidsrechter met respect.

Maak jouw eigen website met JouwWeb